Aan dit artikel wordt nog gewerkt.

 

Het gebruik van hoorns is van alle tijden. De oudste hoorns waren dierhoorns en schelphoorns. Later zijn daar hoorns van metaal of hout aan toegevoegd. Dierhoorns, een product van de slacht, werden gebruikt om uit te drinken of om producten als zalf of kruit in te bewaren. Mogelijk heeft men tijdens het schoonblazen van zo´n hoorn bij toeval ontdekt dat er natuurtonen mee voortgebracht konden worden.

In 1911 werd in Marquay in de Dordogne aan de ingang van de Grot van Laussel een met rood oker gekleurd reliëf ontdekt van een naakte vrouwenfiguur met haar linkerhand op de buik en met een hoorn, vermoedelijk een wisenthoorn, in haar rechterhand. Archeologen hebben vastgesteld dat de beeltenis dateert uit het Pleistoceen en ongeveer 20.000 jaar oud moet zijn. Dergelijke beeldjes worden tegenwoordig venusbeeldjes genoemd, naar de Romeinse godin van de liefde. Dat is eigenlijk onterecht, omdat de beeldjes niets met de Romeinen te maken hebben en duizenden jaren ouder zijn. De naam verwijst vooral naar het feit dat de beeltenissen worden gezien als een symbool van vruchtbaarheid en voortplanting.

 

Venus van Laussel

 

De betekenis van de hoorn in de hand van de Venus van Laussel is niet duidelijk. Opvallend is dat de punt niet van de hoorn verwijderd is. Sommige archeologen veronderstellen daarom dat sprake is van een dwarshoorn, waarbij de blaasopening zich aan de zijkant bevindt. Als dit juist is, moet het blazen op deze dwarshoorn een signaalfunctie hebben gehad die te maken had met vruchtbaarheid, zwangerschap of geboorte. Dat doet vooral denken aan het bazuingeschal, het blazen op een ramshoorn dat in de christelijke symboliek verband hield met de komst van een gewichtige gebeurtenis. Aannemelijker is echter dat de hoorn van de Venus van Laussel geen blaasinstrument was, maar als symbool verwees naar de vruchtbaarheid. In veel culturen werd (gemalen) hoorn beschouwd als een krachtig afrodisiacum. Denk daarbij ook aan de sinterklaasviering op Borkum, waarbij jonge ongehuwde vrouwen nog altijd met een koehoorn op het achterwerk worden geslagen om hen vruchtbaarheid te geven.

 

dwarshoorn

 

Schelphoorns kunnen worden onderverdeeld in kinkhoorns en shanka´s, die beiden een verbinding hebben met het godenrijk. Vissers bliezen vroeger op Kinkhoorns om een veilige terugreis te verkrijgen en om hun thuiskomst aan te kondigen. Pelgrims bliezen op een kinkhoorn om ´de donder te breken´ en het kwaad te verjagen. Voor hen heeft de hoornvormige schelp, de wulk, een symbolische waarde, waarbij de drie windingen staan voor het lichamelijke, het morele en het geestelijke niveau. De pelgrimsroute wordt in Friesland aangegeven door borden waarop een wulk staat afgebeeld.

Een shanka is een schelp in nautilusvorm, die vermoedelijk al in het Oude Egypte werd gebruikt bij de erediensten. Bij sjamanistische rituelen wordt vaak het geluid van een schelphoorn gebruikt om de glorie van de goden te verkondigen en zo hun goedgezindheid te verkrijgen. In het hindoeïsme is een shanka een van de attributen van Vishnu, de beschermergod. Tijdens perioden van chaos daalt Vishnu af naar de aarde om rust en orde te scheppen en zo de aarde te behouden. In het boeddhisme behoort de shanka bij Naga Kanya, de cobravrouw, die het water beheerst. De shanka symboliseert hierbij de verkondiging van het boeddhisme. In Mexico werd vroeger een schelphoorn gebruikt om de regengoden te bezweren.

 

vishnu

 

Het oudste gebruik van een dierhoorn als signaalinstrument stamt uit de jacht. Het blazen op een runderhoorn bracht een geluid teweeg dat leek op het geluid van een rund en werd daarom gebruikt als lokroep. Een rund dat de lokroep beantwoordde, verraadde daarmee zijn verblijfplaats aan de jagers. Tegenwoordig maakt men bij een drijfjacht gebruik van een speciale messing jachthoorn, waarmee -net als in het leger- zowel ceremoniële signalen als gebruikssignalen worden gegeven. De jagermeester heeft de regie in handen en zijn opdrachten worden door de hoornblazer via geluidssignalen doorgegeven aan de deelnemende jagers. De signalen zijn bedoeld om de jacht ordelijk en veilig te laten verlopen.

 

jachthoorn

 

De Germanen en vooral de Vikingen, een noordelijke tak van de Germanen die in Scandinavië woonden, gebruikten een lur of lure bij hun volksfeesten, onder meer bij de zonnedienst op 21 maart. Een lure was een twee meter lang instrument, bestaande uit een gebogen pijp die uitloopt in een platte schijf.

 

lur

 

 

Dit artikel is nog niet klaar en zal in december op deze site verschijnen.


Voor het schrijven van dit artikel heb ik gebruik gemaakt van de volgende bronnen:

  • Hoorn.be, een website over de geschiedenis van hoorninstrumenten;
  • Bazuinen en trompetten in het Oude en het Nieuwe Testament, eindscriptie Theologie van Albert Metselaar uit 2001;
  • Amen.nl, Bijbelmagazine – Als straks de bazuin zal schallen, door Hoite Slagter, 1999;
  • JachthoornblazersMiddenLimburg.nl, Een geblazen jachtdag, door Frits Linsen
  • Midwinterse tradities, Aat van Gilst, 2014
  • Nederlandsche volksebruiken bij hoogtijdagen, C. van de Graft, 1947

 

 

©Bert van Zantwijk

Overname van (delen van) dit artikel is uitsluitend toegestaan onder vermelding van de naam van de auteur en/of een link naar dit artikel.