Vanaf 1652 werd de Kaapkolonie, in het uiterste zuiden van Afrika gekoloniseerd door de VOC. Nederlandse kolonisten leefden hier voornamelijk als eenvoudige veeboeren en vergroeiden met Afrika. Zij werden Boeren genoemd. In 1806 werd de Kaapkolonie overgenomen door de Britten. De Boeren waren niet gelukkig met deze overname en hun orthodox-calvinistische waarden botsten regelmatig met het Britse gezag. Steeds meer Boeren wilden hun vrijheid terug. Rond 1820 vertrok Coenraad de Buys naar het dunbevolkte binnenland aan de andere kant van de Vaal, de grootste zijrivier van de Oranjerivier, en stichtte de nederzetting Buysdorp. Vanaf 1835 verliet een grote stroom Boeren de Kaapkolonie om in het binnenland van Zuid-Afrika een eigen thuisland te stichten. Zij werden ´Voortrekkers´ genoemd en de volksverhuizing ´De Grote Trek´. Ook zij vestigden zich aan de andere zijde van de Vaal en noemden hun nieuwe land vanaf 1852 de Zuid-Afrikaanse Republiek ZAR. In de volksmond werd het echter Transvaal genoemd, letterlijk ´aan de andere kant van de Vaal´. Andere Voortrekkers vestigden zich iets zuidelijker en noemden hun nieuwe land vanaf 1854 ´Oranje-Vrystaat´.
Op 12 april 1877 werd Transvaal geannexeerd door het Verenigd Koninkrijk. De Britse regering maakte bekend het bestuur van de Boerenrepubliek over te nemen omdat de vrijwel failliete Boerenregering van Transvaal niet in staat zou zijn om de inwoners te beschermen tegen de oorspronkelijke bevolking. De regering van Transvaal protesteerde, maar liet zich vervolgens omkopen door de Britten. Alleen vicepresident Paul Kruger weigerde de annexatie te ondertekenen. Kruger organiseerde daarna meerdere protestbijeenkomsten en trachtte de Boeren zover te krijgen dat zij zich zouden verenigen en zich tegen de Britse heerschappij zouden keren.

Dat gebeurde uiteindelijk in november 1880. Veldkornet Piet Bezuidenhout, leider van de plaatselijke militie in Potchefstroom, weigerde om belasting te betalen aan de Britten. Hierop werd zijn ossewa(gen) door de Britse belastingambtenaar in beslag genomen. Zo´n honderd gewapende Boeren kwamen naar de openbare veiling, pakten de ossewa af van de Britten en brachten hem terug naar Bezuidenhout. Op 10 december werd een protestbijeenkomst in Paardekraal, het latere Krugersdorp, bezocht door tienduizend Boeren. Er werd besloten dat de republiek moest worden hersteld en de vierkleur werd gehesen. Op 16 december 1880 werd in Heidelberg, 50 km ten zuidoosten van Johannesburg, de republiek uitgeroepen. De Eerste Boerenoorlog was een feit, waarbij het grappig is dat deze ook in Engeland bekend staat als de First Boer War. Er vonden vier veldslagen plaats, die allemaal door de Boeren werden gewonnen. Zij profiteerden van het feit dat zij in hun boerenkleding moeilijk zichtbaar waren, terwijl de Britten in hun helderrode uniformen vaak een makkelijk doelwit waren voor de Boerse sluipschutters. Op 3 augustus 1881 werd de Conventie van Pretoria ondertekend, die Transvaal grotendeels zijn soevereiniteit teruggaf. Voor de Boeren was dat echter niet genoeg. Paul Kruger, die in 1883 president van de ZAR was geworden, ging naar Londen voor een nieuw verdrag. Op 27 februari 1884, bij de ondertekening van de Conventie van Londen, erkenden de Britten de volledige onafhankelijkheid van Transvaal en werd de Britse resident uit Pretoria teruggetrokken.
In 1885 werd in de bodem van Transvaal goud gevonden. Dit trok veel ‘uitlanders‘ aan, waaronder veel Britten en andere Engelstaligen. Eind 1895 probeerde de Brit Leander Starr Jameson, gesteund door de Britse ondernemer Cecil Rhodes die tevense minister van de Kaapkolonie was, een staatsgreep te plegen. Als reden voor de inval werd gegeven dat de Britse uitlanders gediscrimineerd werden in de Boerenrepubliek, maar uiteraard was de bodemrijkdom de werkelijke reden. Transvaal kocht na de mislukte coup zware wapens in Duitsland en Frankrijk. Er deden zich in de daaropvolgende jaren diverse incidenten voor tussen de Boeren en de Britse uitlanders. Op 8 september 1899 zonden de Britten een troepenmacht van 10.000 militairen naar Natal, een Britse kolonie die grenst aan Transvaal, twee weken later gevolgd door nog eens 47.000 soldaten. Paul Kruger stelde de Britten een ultimatum, maar daar werd niet op gereageerd. Op 12 oktober 1899 pakten de Boeren de wapens op en gingen de strijd aan met de Britten. De Tweede Boerenoorlog was begonnen.

De Boeren uit zowel Transvaal als Oranje-Vrystaat konden nu over veel betere wapens beschikken, maar daar stond tegenover dat de Britten inmiddels zandkleurige uniformen droegen en daardoor veel minder goed zichtbaar waren. De militair onbekwame Boeren dolven in eerste instantie het onderspit tegen de getrainde Britten, maar in de week van 10-15 december werden drie veldslagen gewonnen door de Boeren. In februari 1900 keerde het tij. De Britten hadden nieuwe troepen gestuurd en konden nu beschikken over 180.000 infanteristen en 34.000 cavaleristen. Op 27 februari werd Boerengeneraal Piet Cronjé met 4.000 van zijn manschappen gevangen genomen in de Slag bij Paardenberg. De Boeren beperkten zich nu tot guerillatactieken. Geïsoleerde Britse militaire posten werden aangevallen en (voedsel)konvooien werden in een hinderlaag gelokt. Voordat versterkingen gearriveerd waren, verdwenen de Boeren weer in het niets.
De Britten pasten als reactie op de guerilla van de Boeren de tactiek van de verschroeide aarde toe. Om de weerstand van de Boeren te breken werden alle boerderijen die de Britten op hun tochten tegenkwamen verbrand, de gewassen vernietigd en de Veestapel vermoord. De vrouwen, kinderen en ouderen die zich op de boerderijen bevonden werden in open veewagens naar concentratiekampen vervoerd waar zij gevangen werden gezet. De hygiëne was hier zeer slecht, de gevangenen werden verwaarloosd en kregen vrijwel geen eten. Hiermee wilden de Britten de strijdende mannen dwingen om zich over te geven. Gevangengenomen Boeren werden per schip vervoerd naar krijgsgevangenkampen in het buitenland. De laatste Boeren, die waren blijven strijden en bekend stonden als de bittereinders, gaven zich over in mei 1902 en nog in dezelfde maand werd het ´Verdrag van Vereeniging´ getekend en eindigde de oorlog. De Zuid-Afrikaanse Republiek en de Oranje-Vrystaat hielden op te bestaan en werden Britse kolonies onder de namen Transvaalkolonie en Oranjerivierkolonie. In 1910 werden zij, samen met de Kaapkolonie en de Natalkolonie verenigd in de Unie van Zuid-Afrika en benoemd tot aparte provincies. Veel landen, waaronder ook Nederland, waren kwaad over de door de Engelsen gebruikte tactiek met concentratiekampen voor de kwetsbare groep vrouwen, kinderen en bejaarden. Toen vier jaar later de Eerste Wereldoorlog uitbrak, weigerden zij om Engeland te steunen en kozen de kant van de Duitsers.
Daarmee zijn we toegekomen aan het Afrikaanse volksliedje Sarie Marais, dat in Nederland ook wel Sarie Marijs wordt genoemd. De oudst bekende Afrikaanse tekst gaat zo:
My Sarie Marais is so ver van mij af Maar ek hoop haar weer te sien; Sy het in die wyk van Mooirivier gewoon Nog voor die oorlog het begin. O bring my terug na die ou Transvaal Daar waar my Sarie woon, Daar onder in die mielies by die groen doringboom, Daar woon my Sarie Marais! Ek was so bang dat die Kakies my sou vang, En ver oor die see wegstuur, Toe vlug ek na die kant van die Upington se sand, Daar onder by die Grootrivier. O bring my terug na die ou Transvaal Daar waar my Sarie woon, Daar onder in die mielies by die groen doringboom, Daar woon my Sarie Marais!
Er wordt verondersteld dat de oorspronkelijke naam van de vrouw uit het liedje Sarie Maré was. De drukker zou een fout hebben gemaakt door ´My Sarie Maré is´ te vervangen door ´My Sarie Maréis´, wat heeft geleid tot de naam Sarie Marais en in het Nederlands tot Sarie Marijs. Als dat juist is, komen er twee vrouwen in aanmerking om model te hebben gestaan voor de hoofdpersoon van het lied.
Sara (Sarie) Johanna Adriana Maré werd geboren op 10 mei 1840 in Uitenhage in De Kaap en stierf in 1877 bij de geboorte van haar elfde kind. Zij was de moeder van veldpredikant Dominee Paul Nel, die diende in de Eerste Boerenoorlog. Volgens zegge zou hij bij het kampvuur vaak zeer liefdevol hebben gesproken over zijn te vroeg overleden moeder en is haar naam daarom blijven voortleven in het lied.
Susara (Sarie) Margaretha Maré werd geboren op 15 april 1869 in Suikerbosrand in Transvaal en stond later bekend als Tant Mossie. Zij was 11 jaar toen de Eerste Boerenoorlog begon en 30 jaar bij de start van de Tweede Boerenoorlog. Haar ouders waren Voortrekkers geweest en stonden in hoog aanzien. In Pretoria is een straat vernoemd naar haar vader. Op haar 16e ontmoette zij Jacobus Petrus Toerien, een journalist die later zeer bekend zou worden als dichter. Zij trouwden in 1885 en kregen zestien kinderen. Toerien, die schreef onder het pseudoniem Jepete, wordt genoemd als de mogelijke schrijver van het lied Sarie Marais.
Op de Engelstalige Wikipedia staat dat het lied waarschijnlijk rond 1880 is geschreven en dus zou gaan over de Eerste Boerenoorlog. Ook op de Nederlandstalige Wikipedia wordt dit waarschijnlijk geacht. Hier staat: ´Het lied zou tijdens de Tweede Boerenoorlog gemaakt kunnen zijn, door J.P Toerien. Maar het kan ook van vroeger oorsprong zijn, uit de Eerste Boerenoorlog. Dat lijkt waarschijnlijker omdat in het lied uitdrukkelijk sprake is van een terugkeer naar Transvaal, dat toen nog in Boerenhanden bleef.´ Ik deel deze mening niet. Het lijkt mij sowieso niet aannemelijk dat het lied gaat over de te vroeg overleden moeder van Dominee Paul Nel, omdat Maré haar meisjesnaam was. Welke zoon zou liefdevol over zijn moeder praten en daarbij haar meisjesnaam gebruiken? Veel belangrijker is echter de tekst van de tweede strofe, die nooit geschreven kan zijn over de Eerste Boerenoorlog.
Ek was so bang dat die Kakies my sou vang,
En ver oor die see wegstuur,
Toe vlug ek na die kant van die Upington se sand,
Daar onder by die Grootrivier.
Tijdens de Eerste Boerenoorlog droegen de Britten nog helderrode uniformen. De bijnaam Kakies kregen zij pas tijdens de Tweede Boerenoorlog, toen zij zandkleurige uniformen droegen. De schrijver is bang dat de Britten hem te pakken krijgen en met de boot op transport zullen zetten. Dat gebeurde pas vanaf het jaar 1900, toen de Britten krijgsgevangenkampen in het buitenland hadden opgezet. De schrijver vlucht vervolgens naar het Upingtonse Zand. Upington is een stad aan de oever van de Oranjerivier in de Kalahariwoestijn. Het werd in 1871 gesticht als een kleine zendingspost en heette toen Olijvenhoutsdrift. Pas in 1896 kreeg het de naam Upington, vernoemd naar Sir Thomas Upington, die van 1884 tot 1886 de eerste minister van de Kaapkolonie was.
Het lied gaat dus over de Tweede Boerenoorlog en is op zijn vroegst geschreven in het jaar 1900. Blijft nog de vraag over of J.P. Toerien de maker is van het lied en of zijn vrouw de Sarie Marais is die in het lied wordt bezongen. In het boek ´Geskiedenis van die Afrikaanse Letterkunde´ uit 1941 staat: ´Volgens getuienisse van verskillende persone wat Toerien geken het, het hy kort vóór die Engelse Oorlog, toe hy in die Kolonie was, Sarie Maré op haar gedig. Die drukker het per abuis die spelling verander. Mev. Toerien het egter beslis ontken dat sy die Sarie Marais van die lied is, en miskien om een of ander rede.´ Het lied zou, volgens mensen die Toerien gekend hebben, dus kort vóór de Engelse Oorlog geschreven zijn. Ik heb hierboven al uitgelegd waarom dat niet mogelijk is. Sarie Maré, de vrouw van J.P. Toerin, heeft bovendien stellig ontkend dat zij de Sarie Marais uit het lied is, terwijl het juist een groot compliment zou zijn als hij het lied wel over haar had geschreven. Daarnaast staan er in het boek, en ook in tijdschrift Tirade jaargang 4 uit mei 1960, een aantal gedichten van de hand van J.P. Toerien, die zowel kwalitatief als qua stijl geen enkel raakvlak hebben met het lied. Ik kan daarom niet anders dan concluderen dat J.P. Toerien waarschijnlijk niet de schrijver is geweest van het lied Sarie Marais.
De schrijver van het lied over Sarie Marais lijkt zich te hebben laten inspireren door het Amerikaanse volksliedje ´Ellie Rhee´, dat gaat over de Amerikaanse Burgeroorlog en in 1865 werd geschreven door Septimus Winner. Aangenomen wordt dat het lied in Zuid-Afrika bekend is geworden door Amerikanen die werkzaam waren in de Transvaalse goudmijnen.
Sweet Ellie Rhee, so dear to me Is lost forever more. Our home was down in Tennessee Before this crual war. Then carry me back to Tennessee Back where I long to be. Amid the fields of yellow corn To my darling Ellie Rhee.
Het lied Sarie Marais is in een groot aantal talen vertaald. In het Afrikaans zijn er in de loop der jaren een aantal strofen toegevoegd. De huidige tekst gaat zo:
My Sarie Marais is so ver van my hart Maar ek hoop om haar weer te sien, Sy het in die wyk van die Mooirivier gewoon Nog voor die oorlog het begin. O bring my terug naar die ou Transvaal Daar waar my Sarie woon, Daar onder in die mielies, by die groen doring boom Daar woon my Sarie Marais. Daar onder in die mielies, by die groen doring boom Daar woon my Sarie Marais. Ek was so bang dat die Kakies my sou vang En ver oor die see wegstuur, Toe vlug ek na die kant van die Upington se sand Onder langs die groot Rivier. O bring my terug naar die ou Transvaal Daar waar my Sarie woon, Daar onder in die mielies, by die groen doring boom Daar woon my Sarie Marais. Daar onder in die mielies, by die groen doring boom Daar woon my Sarie Marais. Die Kakies is mos net soos ´n krokodil, ´n pes Hulle sleep jou altyd water toe; Hul gooi jou op een skip vir ´n lange, lange trip, Die josie weet waarnatoe. O bring my terug naar die ou Transvaal Daar waar my Sarie woon, Daar onder in die mielies, by die groen doring boom Daar woon my Sarie Marais. Daar onder in die mielies, by die groen doring boom Daar woon my Sarie Marais. Verlossing het gekom en huis toe gaan was daar Terug na die ou Transvaal, My lieflingspersoon sal seker ook daar wees Om my met ´n soen te beloon. O bring my terug naar die ou Transvaal Daar waar my Sarie woon, Daar onder in die mielies, by die groen doring boom Daar woon my Sarie Marais. Daar onder in die mielies, by die groen doring boom Daar woon my Sarie Marais.
©Bert van Zantwijk
Overname van (delen van) dit artikel is uitsluitend toegestaan onder vermelding van de naam van de auteur en/of een link naar dit artikel.