Het slavernijverleden van Nederland is een feit, maar betekent dat ook dat een traditie waarin een rijke blanke man wordt geassisteerd door zwarte knechten per definitie naar dit verleden verwijst? Tegenstanders van Zwarte Piet denken van wel. Zij menen dat Zwarte Piet is voortgekomen uit de zwarte knecht uit het boek ‘St. Nikolaas en zijn knecht’ van Jan Schenkman, die duidelijk herkenbaar is als een negroïde man, en wijzen op de uiterlijke kenmerken van Zwarte Piet, zoals de rode lippen, de oorbellen en het kroeshaar. Voorstanders van Zwarte Piet denken dat de knecht zwart is van het roet van de schoorsteen en zij willen vasthouden aan de eeuwenoude traditie. Om vast te kunnen stellen wie er gelijk heeft, moeten we eerst begrijpen wat we nu eigenlijk vieren met Sinterklaas.
Arnold-Jan Scheer heeft in zijn film Wild Geraas reeds aangetoond dat Zwarte Piet in diverse gedaantes ouder is dan de Nicolaasverering en een variant is op het veel oudere archetypische figuur ´de Trickster´, die wereldwijd voorkwam. De zwarte gedaantes, waarachter de voorouders schuil gingen, waren onderdeel van een traditie die bedoeld was om de winter te verjagen en vruchtbaarheid te brengen aan het land, het vee en de nieuwe vrouwen. Na de kerstening is het feest ingepast in de Christelijke traditie en in dit artikel bespreek ik de betekenis van Zwarte Piet voor de Katholieken.
Ik neem u mee naar het platteland in de late middeleeuwen. De kerk speelde voor de boeren een belangrijke rol in het dagelijks leven. De kerk was niet alleen een geloofsinstituut maar vooral ook de bindende factor van de gemeenschap en de organisator van het sociale leven. De meeste mensen kwamen dagelijks in de kerk. Veel kerken zijn genoemd naar een heilige en de mensen vroegen deze heilige om hulp en bescherming bij ongelukken of ziekte. Sommige kerken hingen vol met votiefplaatjes, die mensen aan de heilige gaven als tegenprestatie voor de geboden hulp. De wonderen die een heilige had verricht, werden opgeschreven in een zogenaamd Mirakelboek. Ook thuis werden heiligen vereerd. Veel mensen hadden kleine pijpaarden beeldjes van heiligen in huis. Bijna iedereen geloofde in een leven na de dood. De boeren waren arm en moesten hard werken, maar straks in de hemel zou alles beter zijn dan op aarde. De kerkleiders dreigden echter steeds met hel en verdoemenis en de meeste mensen waren dan ook erg bang om uiteindelijk naar de hel te gaan.
Het jaar bestond uit een aantal vaste rituelen. De eerste maanden van het jaar werden er vreugdefeesten gegeven. In januari werd de terugkeer van de zon gevierd. Men had de winter, traditioneel de tijd waarin veel mensen stierven, overleefd. Het werd warmer, de dagen werden langer en de tijd van schaarste zou snel voorbij zijn. Er werden vreugdevuren gestookt. Men geloofde dat de rook vruchtbaarheid bracht aan de velden. Ook het vee werd tussen de vlammen door gedreven. Jongemannen sprongen over de vlammen en smeerden zich in met de as van het vuur. Op 6 januari oefenden de kleintjes alvast voor dit gebruik door over brandende kaarsjes te springen. Dezelfde gebruiken kent men overigens ook in Afrika als onderdeel van het initiatieritueel van jongen tot man. Alleen maken de jongens hier hun gezicht wit.
Het voorjaar stond geheel in het teken van nieuw leven. De gewassen kwamen op, er werd jong vee geboren en het werd duidelijk welke vrouwen er tijdens de wintermaanden in geslaagd waren om zwanger te worden. Nageslacht was belangrijk, omdat kinderen de plicht hadden voor hun ouders te zorgen als zij daar zelf niet meer toe in staat waren. De meeste aandacht ging echter uit naar de huwbare jongens en meisjes. Het was belangrijk dat jongens en meisjes binnen de eigen gemeenschap zouden trouwen, om de toekomst van de gemeenschap te garanderen. De ‘nieuwe mannen’ werden door de volwassen mannen door middel van initiatierituelen voorbereid op hun rechten en plichten als man, waarna zij aan het volk werden getoond. Ik schreef hier al over in het artikel over de De Poaskearls van Ootmarsum. Daarna werden er activiteiten georganiseerd die gericht waren op de ontmoeting tussen jongens en meisjes. Bekend zijn nog het dansen rond de Meiboom en de verkiezing van de Mei- of Pinksterkoningin. Maar ook in ons huidige leven zien we nog verwijzingen naar die tijd. De kuikentjes en eieren met Pasen zijn het symbool voor nieuw leven. Termen als ‘lentekriebels’ en ‘vlinders in de buik’ verwijzen rechtstreeks naar de vrijages in het voorjaar en het is uiteraard ook geen toeval dat Valentijnsdag medio februari is gepland.
In mei was het gedaan met de pret. De drukke tijd brak aan en de boeren moesten ’s morgens al vroeg aan de slag. We vinden dit nog terug in volksgebruiken als ‘Luilak’, ‘Luie motte’ en ‘dauwtrappen’. De eerstvolgende feesten vonden pas weer plaats na de oogst in augustus, maar dat waren wel de meest uitbundige feesten. Men vierde oogstfeesten in september, wijnfeesten in oktober en slachtfeesten in november. De ‘Oktoberfesten’ in Duitsland en Thanksgiving in Canada en de Verenigde Staten herinneren hier nog aan. De uitbundigheid van deze feesten had te maken met dankbaarheid voor de oogst en de plicht om de oogst met de gemeenschap te delen, maar ook met de angst voor wat ging komen. De winter was in aantocht.
In de herfst koelt het in Noord-Europa al flink af, terwijl Zuid-Europa zich nog koestert in een warme zon. Door de grote verschillen is de botsing van de verschillende luchtsoorten groter, en dit veroorzaakt actieve depressies. Gemiddeld genomen is het in de eerste helft van de klimatologische herfst (1 september tot en met 15 oktober) vaak nog rustig najaarsweer, maar halverwege oktober wordt de atmosfeer onrustiger en krijgen we met najaarsstormen te maken. Ik vertelde al dat onze voorouders geloofden in een leven na de dood. Zij meenden dat de sluier tussen hemel en aarde in het najaar het dunst was en dat dit door de najaarsstormen zichtbaar was.
Op 1 november (Allerheiligen) riep men de heiligen op om zich over de zielen van de overledenen te ontfermen. Op 2 november (Allerzielen) plaatsten nabestaanden bloemen op het graf van hun overledenen en werd in de kerk gebeden voor het zielenheil van individuele overledenen. Men geloofde dat de zielen van de overledenen zich in het vagevuur bevonden om te worden gelouterd en dat dit het tijdstip was waarop de zielen zouden gaan dolen, op zoek naar de weg naar het hiernamaals. We zien dit nog terug bij het ‘Pierepauwen’ op Vlieland, waar kinderen op 2 november, gekleed in een wit doodshemdje, met lampions over straat lopen. Zij beelden de dolende zielen uit en ook de lampionoptochten met Sint Maarten hebben dezelfde betekenis. Dat dit geen typisch Nederlands bijgeloof is, kunnen we zien aan ‘halloween’ en aan de ‘dia de los muertos’ in Mexico.
Men geloofde dat een heilige vanuit de hemel naar beneden zou afdalen om de zielen te begeleiden op hun reis naar het hiernamaals. Die rol was, afhankelijk van waar men woonde, toebedeeld aan Sint Maarten of aan Sint Nicolaas. Maar niet alle zielen zouden in aanmerking komen voor een plekje in de hemel. Ook de duivel zou naar de aarde komen om de afgewezen zielen mee te nemen naar de hel. En dan waren er nog de zielen die weliswaar gereinigd waren door het vagevuur, maar die hun plekje in de hemel nog moesten verdienen door de heilige te ondersteunen in zijn taak. Zij zijn de voorlopers van onze huidige Zwarte Pieten, zwartgeblakerd door hun verblijf in het vagevuur en geknecht door de heilige Sint Nicolaas of de heilige Sint Maarten, want ook Sint Maarten werd vroeger vergezeld door Zwarte Pieten en in delen van België is dat nog steeds zo.
Het moet voor onze voorouders een zeer angstige tijd zijn geweest. Het werd vroeg donker en in een dorp waar de boerderijen ver uit elkaar staan is het dan ook echt donker. Straatverlichting bestond toen nog niet. Buiten liep de Sint met zijn geknechte zielen en de door hem verzamelde goede zielen, de duivel met de door hem verzamelde kwade zielen en als de oogst was tegengevallen, woonde er misschien ook nog wel een heks in de nabijheid. En dan waren er ook nog de zielen van de overledenen die nog niet geselecteerd waren voor een plekje in de hemel en die mogelijk wraak zouden willen nemen op hun nakomelingen, die onvoldoende hadden gebeden voor het zielenheil van de overledene.
En dan breken de Twaalf Heilige Nachten aan, de nachten tussen 25 december en 6 januari. Tijdens de Kerst worden de zielen geheiligd en in de dagen tussen Kerst en Oudjaar begint hun reis naar het hiernamaals. Met Kerst zingen we niet voor niets: Stille Nacht, Heilige Nacht. De klokken op de begraafplaatsen worden van 21 december tot en met 31 december geluid, het zogenaamde Sint Thomasluiden. Ook het midwinterhoornblazen houdt verband met de aankondiging van de komende heiliging. Wie overleden is slaapt een gelukzalige tijdelijke slaap in de wetenschap dat op de dag der wederopstanding een ieder gewekt zal worden door trompet- en hoorngeschal. Het hoornblazen kan worden vergeleken met het bazuingeschal bij het laatste oordeel.
Op Oudejaarsavond trokken kinderen zingend langs de deuren om een traktatie te verkrijgen. Zij zongen:
Zieltje, klein zieltje, stond achter de deur
Zieltje, klein zieltje, waar treur jij toch veur?
Zou ik niet treuren? Ik heb er geen lot!
Val neer op je knietjes en bid er aan God,
En bid dan aan God met een goed fatsoen,
Dan zal hij de Hemel wel open doen.
Hij heeft er de Hemel al open gedaan,
Daar zag hij een arme zondaar staan.
Met een houten kist en een strooien band,
Daar varen wij mee naar het Andere Land.
Het Andere Land, daar is het beter dan hier:
Daar zingen de Engeltjes tierelier.
Halverwege de Twaalf Heilige Nachten maken we lawaai (tegenwoordig vuurwerk) om boze geesten die mogelijk ook hun weg naar de aarde hebben gevonden weg te jagen.
De rituelen rondom het afscheid van de overledenen duurden dus twee maanden, van 1 november tot eind december. Sint Maarten en Sint Nicolaas zijn dan ook niet gebonden aan 11 november en 6 december, maar kunnen in deze gehele periode hun opwachting maken. Op Texel viert men Sinterklaas op 5 december, maar Ouwe Sunderklaas op 12 december en u moet ook niet raar opkijken als u op een kerstmarkt in Duitsland een Sinterklaas ziet lopen. De kerstman is ook een afgeleide vorm van onze Sinterklaas. In Nederland hebben we afgesproken dat Sint Nicolaas pas mag verschijnen als Sint Maarten weer is vertrokken. Op 6 januari (Driekoningen, het einde van de Twaalf Heilige Nachten) wordt gevierd dat de heiliging van de zielen succesvol is verlopen en de zon is teruggekeerd (de dagen worden langer).
Het is niet bekend of onze laat-middeleeuwse voorouders Sint Nikolaas en zijn knechten in een spel of processie uitbeeldden of dat zij slechts in hun verbeelding bestonden. De enige schriftelijke bronnen uit die tijd zijn afkomstig van kerken en daarin wordt slechts gesproken over de activiteiten die in de kerk zelf plaatsvonden. Monniken waren in die tijd doorgaans de enigen die konden schrijven. Uit Duitsland zijn er echter wel bronnen over de volksviering en omdat Nederland in die tijd kerkelijk onder het Aartsbisdom Keulen viel, werden Duitse kerk- en volksfeesten vrijwel altijd overgenomen. Het is daarom aannemelijk dat ook hier groepen met Sint Nicolaas en zijn knechten rondzwierven, zeker in het oosten en noordoosten van ons land. Die situatie zou in elk geval na de reformatie veranderen.
We maken nu een sprongetje naar de 17e eeuw. De uitoefening van de rooms-katholieke godsdienst was inmiddels door de calvinisten verboden en dat had ook grote invloed gehad op de wijze waarop het sinterklaasfeest werd gevierd. Sint Nicolaas had zich inmiddels ontwikkeld tot de brenger van geschenken, maar onder de calvinisten was het niet meer toegestaan om een heilige te vereren. Geschenken konden alleen van God komen. In delen van het Duitstalige gebied werd Sint Nicolaas vervangen door Christkindl, een vrouwelijke geschenkenbrenger die wel nog steeds werd ondersteund door een zwarte helper met roe. Goed en slecht, wit en zwart zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Het kruis (op de mijter van Sinterklaas) en de roede (van Zwarte Piet) symboliseren ‘geloof en tucht’, een basisprincipe van de kerk.
In Nederland bleef de viering in kleine besloten gemeenschappen vaak in stand. In de grote steden, waar de protestantse kerk meer invloed kon uitoefenen, verdween het openbare feest naar de huiskamers. Sint Nicolaas en de zwarte knecht versmolten hier tot één persoon, waardoor de twee-eenheid goed en slecht gehandhaafd bleef. Sint Nicolaas was soms een blanke man, droeg soms een masker en in Noord-Holland versmolten Sint Nicolaas en zijn zwarte knecht tot Zwarte Klaas.
Er zijn heel veel bronnen waarin Zwarte Klaas wordt genoemd. Het Sint en Pietengilde geeft een opsomming van een aantal van die bronnen. In De Joodsche Wandelaar, een weekblad tot Nut van ´t Algemeen uit 1792 staat een conversatie tussen Josef de Schoenlapper en Gijs de Kledermaaker. Gijs zegt hier:¨Mannen, wat hadden wij op Sinterklaas-avond een pret! Het was een klucht, om te zien, hoe bang mijne jongens waren, ha! ik moet er nog om lagchen, als ik er om denk; mijn wijf zelve, fchoon zij van de vonk wist, zou wel in een hoek gekropen hebben, zoo had ik mij toegetakeld, met lappen en vodden van allerhande kleuren, mijn bakhuis had ik zwart gemaakt, en ik rammelde zoo verfchricklijk met de ketting, dat het huis er van daverde; met een holle ftem vraagde ik, of er ook ftoute jongens waren? dat ik Sinter Klaas was, die nu reed, om naar jongens te zoeken, die niet wilden leeren, maar die, voor zoete kinderen, appelen, noten, kastanjes, en Sinterklaasgoed had. De kinderen kroopen in een hoek, en geen één hadt moeds genoeg, om Sinter Klaas een woord te antwoorden, maar moeder maakte het goed; zij zeide: Hoor Sinter Klaas! de kinderen zijn zoet, zij zijn wel eens eene enkele keer ftout geweest, en hebben niet naar fchool willen gaan, maar zij zullen ´t niet weêr doen, maar nu wel braaf leeren. Belooft ge dat jongens? zeide ik: Ja, lieve Sinter Klaas! riepen de kleinen, zonder dat zij op durfden kijken; we zullen zoet zijn. Zult gij vader en moeder gehoorzaam wezen? Ja, lieve Sinter Klaas! Och doet ons maar geen kwaad. Toen wierp ik een handvol noten en kastanjes, daar ging het op een raapen, en opzoeken! wat waren de jongens blijde. Nu het was te pijnewaard.¨
Sinterklaas heeft hier dus een zwart gezicht en een ketting, die we kennen van Zwarte Piet. Uit andere bronnen blijkt dat Sinterklaas, als hij alleen optrad, was uitgerust met een zak en een roe. In alle gevallen was hij zowel de boeman als de goede Sint. Hij beloonde de gehoorzame en bestrafte de ongehoorzame kinderen. Sinterklaas kwam voortaan uit Spanje, waarmee werd verwezen naar het katholieke karakter van het feest. Spaans heeft dezelfde betekenis als het woord ‘paaps’. Voor de katholieken was het een woord met een positieve klank, terwijl het voor de protestanten een scheldwoord was. Toch vierden ook de meeste protestanten het sinterklaasfeest, al was dat veel ingetogener en kwam er geen maskerade met een heilige bij.
Het sinterklaasfeest kreeg in deze tijd een heel andere betekenis omdat men niet meer geloofde in de duivel, het vagevuur en de hel. Andere sinterklaasgebruiken veranderden omdat zij door de calvinisten werden verboden of werden vergeten omdat het feest zich nu grotendeels in de huiskamers afspeelde. Deze veranderingen zal ik in een later artikel bespreken. Zij hebben geen waarde voor dit artikel, omdat zij niet gaan over de rol van Zwarte Piet.
We maken opnieuw een sprong in de tijd en bevinden ons nu aan het begin van de 19e eeuw. Dit is de Franse Tijd, de tijd van Napoleon Bonaparte. Hoewel de Fransen een bezettingsmacht waren, hebben zij ook veel goede dingen gedaan. Eén van die dingen was de Scheiding van Kerk en Staat. Hierdoor was het weer toegestaan om het rooms-katholieke geloof aan te hangen en veel kerken, die veel te groot waren voor de protestanten, werden aan de katholieken teruggegeven. Hierdoor was het ook weer toegestaan om heiligen te vereren en dus ook om het sinterklaasfeest te vieren. Het feest verplaatste zich hierdoor weer van de huiskamers naar de straat.
Kort daarna, rond 1820, komen we de eerste schriftelijke meldingen tegen waarin Sint Nicolaas wordt vergezeld door een zwarte knecht. We vinden in deze tijd echter ook nog steeds meldingen van afschrikwekkende Zwarte Klazen en ook van Sinterklazen die alleen optreden. In 1850 verschijnt het prentenboekje ‘Sint Nikolaas en zijn Knecht‘ van de Amsterdamse onderwijzer en dichter Jan Schenkman. Het wordt beschouwd als het eerste boek dat volledig aan Sinterklaas is gewijd. De tekst bij de prenten is op rijm. De tekst van de eerste pagina is later op muziek gezet en kennen wij nu als het liedje ‘Zie ginds komt de stoomboot’. Het boekje gaat, zoals het een onderwijzer uit die tijd betaamt, over godsvreugd en deugd en over een Sinterklaas die het juiste gedrag beloont. Aan het eind van het boekje vertrekken Sint Nicolaas en zijn knecht met een luchtballon, een verwijzing naar het feit dat Sint Nicolaas oorspronkelijk uit de hemel was neergedaald.
De knecht van Sint Nicolaas blijft in het boekje naamloos, maar hij wordt afgebeeld als een negroïde man in Oosterse kleding. In latere drukken zal hij de kleding van een Spaanse page krijgen. Schenkman heeft zich voor de illustraties in zijn boek laten inspireren door het schilderij ‘Groepsportret’ van Michiel van Musscher uit 1687.
Het is niet helemaal zeker dat Schenkman het prentenboek ´Sint Nikolaas en zijn Knecht´ zelf heeft geschreven. Kunsthistorica Eugenie Boer-Dirks, afgestudeerd op Zwarte Piet, publiceerde in 1993 in het Volkskundig Bulletin het artikel: ´Nieuw licht op Zwarte Piet, een kunsthistorisch antwoord op de vraag naar de herkomst van Zwarte Piet´. Zij schrijft: ´Het NBLC (Nederlands Bibliotheek en Lektuur Centrum) in Den Haag bezit een boekje waarvan de titelpagina verloren is gegaan zodat gegevens over de auteur en de uitgever ontbreken. Met de hand is er in potlood ingeschreven: ´Schenkman, J. Sint Nicolaas en zijn Knecht´. Het is gecatalogiseerd met de datum 1850. Zowel de datum als de toeschrijving lijken mij niet juist. De inhoud komt voor het grootste gedeelte overeen met de inhoud van de hiervoor genoemde Schenkman-druk van 1850. Een belangrijk verschil evenwel is de tekenstijl. De illustraties doen ouderwetser aan en zijn met de hand ingekleurd. De kleding die de figuurtjes dragen, wijst naar het midden van de eerste helft van de negentiende eeuw. Het boekje is een keer opnieuw (waarschijnlijk in verkeerde volgorde) in elkaar gezet en met behulp van krantenpapier geplakt. Op een krantensnipper is het jaartal 1832 te onderscheiden. Mijns inziens ontmoeten we hier de eerste ´Zwarte Piet´. Het is niet aannemelijk dat we met dit boekje Schenkmans ´oerversie´ in handen hebben. Liever houd ik het op een andere auteur van wiens werk Schenkman dankbaar gebruik heeft gemaakt. Tenslotte lagen kwesties als auteursrecht en de eis van oorspronkelijkheid in de vorige eeuw anders dan nu.´
In veel geschriften staat ten onrechte vermeld dat Jan Schenkman in 1850 de figuur van Zwarte Piet heeft bedacht. De naam Zwarte Piet wordt echter al in 1766 genoemd in een overzicht van benamingen voor geesten, spoken en duivels in het boek ´De bespookte waereld ontspookt. De duivel geroskamt en het Euangalie van den Spinnerok weerlegt´ van Paulantinus Philocalus (pseudoniem voor Willem Ockers). Voor die tijd, in 1749, schrijft Egbert Buys in ´De Algemeene Spectator´over opvoeding: Is het niet droevig en beklaaglyk, dat zommige ouders zoo dwaas zyn om hunne kinderen, als zy nog naauwlyks ergens bezef van hebben, en het minfte misdaan hebben, in plaats van dezelve te kaftyden en te vermaanen, om al vroeg een bezef van deugd en deszelfs fchoonheid in de tedre harten in te drukken, in plaats van dat, zeg ik, hen dreigen, dat, als ze niet zoet zyn, de zwarte man, Piet met de pooten et c. hen zal by komen, het welk de harten der onnozele fchaapjes zoodanig met vrees en fchrik vervult, dat zy geen oogenblik alleen durven zyn;
Hieronymus van Alphen publiceerde in 1778 de bundel ´Kleine gedigten voor kinderen´, waarin het volgende gedicht staat vermeld:
Klaasje en Pietje
Klaasje
Pietje, zo gij niet wilt deugen,
Dan verschijnt de zwarte man.
Pietje
Klaasje foei, dat is een leugen!
Laat hem komen, als hij kan.
Die aan zulk een man gelooft,
Is van zijn verstand beroofd.
In het boek ´De Horoskooptrekker´ van D. Hanegraaff uit 1805 staat een passage, waarin Karel in een schoorsteen kruipt om deze te reinigen en vast komt te zitten. Als Antje hem er aan zijn benen weer heeft uitgetrokken, verwelkomt zij hem met ´Ha, daar heb ik je, welkom, zwarte Piet!´. Ook zijn de afbeeldingen in het boek van Jan Schenkman niet de eerste Nederlandse afbeeldingen van Sint Nicolaas met een zwarte knecht. In 1840, dus tien jaar voor het verschijnen van ´Sint Nikolaas en zijn Knecht´, bracht G.J. d´Ancona een Sint Nicolaasbrief uit met binnenin een illustratie van Sint Nicolaas met een geketende zwarte knecht (bron: Sint en Pietengilde).
Door de wijze waarop de knecht in het boek van Jan Schenkman is afgebeeld is, bij mensen die denken dat Schenkman de bedenker is van Zwarte Piet, de misvatting ontstaan dat Zwarte Piet een zwarte slaaf is. Jan Schenkman was echter een prominent lid van de Maatschappij tot Nut van het Algemeen, een organisatie die zich uitsprak voor de afschaffing van de slavernij. Als Schenkman de bedenker van Zwarte Piet zou zijn geweest, zou dat dus juist een duidelijke aanwijzing zijn dat met de zwarte knecht geen slaaf werd bedoeld. Urban legends over Sint Nicolaas die slaven bevrijdt zijn bovendien vrij recent ontstaan.
De voorstelling die Schenkman heeft gemaakt van de zwarte knecht is vooral ingegeven door de in die tijd geldende opvattingen over opvoeding. Volgens J.P. Basedow was het doel van alle onderwijs: wijsheid, deugd en geluk. Enkele specifiek door hem benoemde punten zijn dat men de deugd en de godsdienst aangenaam moet maken voor de jeugd en dat kinderen als kind moesten worden behandeld en niet als kleine grote mensen. De Nederlandse schoolwetgeving bewijst dat ook in Nederland de richtlijnen van Basedow werden gevolgd. Dat geldt uiteraard ook voor Schenkman, die behalve dichter immers onderwijzer was. Kinderen werden door de nieuwe richtlijnen niet langer gedreigd met hel en verdoemenis. Gehoorzaamheid en deugdzaamheid werden niet meer afgedwongen door kinderen bang te maken voor allerlei demonische figuren, zoals de Bullebak die kinderen in het water trekt, Baas Kinderschrik die leugenachtige jongetjes de tong afsnijdt en Moeder Kinderschrik die ongehoorzame meisjes opsluit in de rattentoren.
Het heeft er echter ook toe geleid dat wij beschikken over een zeer kindvriendelijke zwarte knecht met menselijke trekken, zeker nadat ook de roe is verdwenen. En daar zouden we eigenlijk heel blij mee moeten zijn, als we zien hoe de zwarte knecht zich in de ons omringende landen heeft ontwikkeld.
Meer lezen over het sinterklaasfeest?
Sint Piter, de broer van Sinterklaas
©Bert van Zantwijk
Overname van (delen van) dit artikel is uitsluitend toegestaan onder vermelding van de naam van de auteur en/of een link naar dit artikel.
Er zijn nog wel wat op en aanmerkingen op het bovenstaande te maken.
Zo is de middeleeuwse cyclus die hier genoemd wordt op haar beurt weer een gekerstende versie van de Germaanse feestencyclus. Ook de zwarte pieten kennen we al in een Germaanse versie.
De Germaanse Sinterklaas was Odin, het paard was Sleipnir en de knechten waren twee zwarte raven; Huginn en Muninn. Deze werden zwarte pieten genoemd, piet is nl een ander woord voor vogel. (Denk bv aan kanariepiet; vogel van de Canarische eilanden)
Ook het laatste gedeelte over Schenkman behoeft wat aanvullingen.
Zo was een generatie eerder al een zwarte knecht met de naam Pieter-me-knecht bekend, zoals we in werk van Alberdink Thijm kunnen lezen. Het ging hier om echte zwarte slaven die de familie Arata uit Amsterdam inzette om kadootjes rond te brengen.
Het uiterlijk dat i.o.v. Schenkman bedacht was, was geinspireerd op schilderijen uit de Gouden Eeuw. Schenkman heeft nl ook boekjes over deze schilderijen geschreven. En deze schilderijen zijn wel degelijk afbeeldingen van slaven.
De eindconclusie is dat de huidige Zwarte Piet een veelzijdige geschiedenis en oorsprong heeft, maar dat de huidige vorm wel degelijk door slaven geinspireerd is.
LikeLike
Daar wil ik graag inhoudelijk op reageren.
1. Pieter me Knegt werd in de jaren ’20 van de 19e eeuw in een groot aantal bronnen genoemd en dat staat ook gewoon in het artikel vermeld.
2. De Germanen hadden inderdaad een soortgelijke jaarcyclus, evenals overigens de Romeinen, de Grieken, de Kelten en vrijwel alle andere volken. Germaanse gebruiken zijn voor een groot deel weer beïnvloed door de Romeinen. De Edda is pas geschreven in de 13e eeuw. Dit betekent dat het in theorie mogelijk is dat Christelijke gebruiken achteraf via mythologische verhalen een Germaanse oorsprong toebedeeld hebben gekregen. De Christelijke verering van Sint Nicolaas is in elk geval ouder dan de Edda. Kerkelijke feesten in Nederland werden in de middeleeuwen aangestuurd door de kerkleiders in Keulen, die op hun beurt ook weer gebruiken hebben overgenomen van de Russen, Grieken en Romeinen. Het is dus correct dat de Germanen een vergelijkbare cyclus kenden, maar het is niet hard te maken dat onze Christelijke jaarcyclus een gekerstende versie is van de Germaanse jaarcyclus en dat Sint Nicolaas de gekerstende versie is van Wodan (of Odin). Het is ook niet uit te sluiten, maar ik wil me in mijn artikelen beperken tot feiten.
3. De raven Huginn en Muninn waren de spionnen van Wodan. Zij luisterden aan de schoorstenen van de huizen en brachten verslag uit aan Wodan. Dat is een overeenkomst met Zwarte Piet. Dat Huginn en Muninn ‘zwarte pieten’ werden genoemd is leuk bedacht, maar niet waar. Ik heb in het artikel al geschreven dat de Zwarte Pieten de zielen van doden waren die, zwartgeblakerd door de loutering in het vagevuur, hun plekje in de hemel konden verdienen door de heilige Nicolaas te dienen. De naam Piet is de verkorte versie van Petrus, die de sleutel van de hemelpoort beheert.
4. Schenkman heeft zich voor de illustraties van Zwarte Piet in zijn boek laten inspireren door het schilderij ‘Groepsportret’ van Michiel van Musscher uit 1687. Aangezien Schenkman niet de bedenker is van de zwarte knecht, is het een beetje kort door de bocht om te stellen dat Zwarte Piet dus op een slaaf gebaseerd is. In het artikel staat ook een illustratie van Sint Nicolaas en Zwarte Piet die ouder is dan het boek van Schenkman en daar heeft Zwarte Piet geen kenmerken die aan een zwarte slaaf gekoppeld zouden kunnen worden.
LikeLike
Prima artikel, maar aangenomen dat alles klopt, dan blijft Zwarte Piet voor mij alsnog overduidelijk een zwart stereotype. Dat de oorsprong van Zwarte Piet de duivel is en tegenwoordig vervangen is door een zwart stereotype maakt het in mijn ogen alleen maar kwalijker.
LikeGeliked door 1 persoon
over punt 2
Het was paus Gregorius de Grote die een bewuste politiek invoerde voor de incooperatie van heidense heiligdommen en feesten. Dat was in de 7e eeuw en dus ver voor het op schrift stellen van de Edda. Zie voor meer hierover; The Christian tradition: a history of the development of doctrine, Volume 1
over punt 3
De combinatie van pyttr en Huginn vinden we al in Oudnoorse bronnen en is dus niet ‘leuk verzonnen’. Zie bv Gamalnorsk ordbok
over punt 4
Je reageert niet op de eerste 19e eeuwse meldingen van echte slaven die oa bij de familie Arata al kado’s uitdeelden in Amsterdam. Het was deze gebeurtenis die Alberdingk Thijm beschreef in de Amsterdammer (1884) en die afspeelde in 1828 en waarvoor hij de term Pieter-me -knecht gebruikte;
‘”Pieter me knecht” was in zijn gevolg, een kroesharige neger, die, bij de familie Arata, geen “gard” onder den arm droeg, maar, in tegendeel, een ruimen korf, waar allerlei elegante prezentjens […] gestapeld waren’
Hoewel Alberdingk Tijm familie was van de Italiaanse familie (de) Arata weten we uit andere bronnen dat een deel van deze familie slaven hield in de West (Suriname).
LikeLike
Het is duidelijk dat het Sinterklaasfeest voorchristelijke elementen bevat en het is een feit dat Gregorius de Grote opdracht heeft gegeven om heidense gebruiken in te passen in de Christelijke agenda. Het is echter niet hard te maken dat die Sinterklaasgebruiken een Germaanse oorsprong hebben, al was het maar omdat je je kan afvragen hoe Germaans die Germaanse gebruiken waren. Voor dit artikel is dat echter niet van belang, omdat dat gaat over het ontstaan van Zwarte Piet en de betekenis van zijn kleur. Daarbij heb ik de late middeleeuwen als startpunt gekozen. Uitgaande van de Germaanse ‘Wilde Jacht’, zou u overigens tot dezelfde conclusie komen over de herkomst van Zwarte Piet, dus ik zie het nut van deze discussie niet echt in. In een later artikel over het ontstaan van het Sinterklaasfeest zal ik ook de voorchristelijke elementen benoemen.
Zwarte Piet is in de 19e eeuw niet vernoemd naar de raven van Wodan maar naar Petrus, dus is er geen reden om hen in het artikel te benoemen.
Alberdingk Thijm schreef een leuke anekdote over ‘Pieter me Knegt’. Dat die rol in dit specifieke geval gespeeld werd door een donkere bediende van de familie Arata, zegt niets over de oorsprong van Zwarte Piet. Uit die anekdote blijkt namelijk ook dat Alberdingk Thijm op dat moment al volledig bekend was met de aanwezigheid van een zwarte knecht bij Sint Nicolaas. Er zijn in de jaren ’20 van de 19e eeuw bovendien veel meer meldingen geweest over Pieter-me-Knegt. Een voorbeeld is H. Welters, een Limburgse pastoor die in zijn tijd een begrip was als kenner en beschrijver van volksgebruiken.
LikeLike
Geen enkel probleem, Martijn.
Ik heb moeite met een vrouw als Verene Shepherd, die zichzelf ten onrechte presenteert als een officiële vertegenwoordiger van de VN, maar die in werkelijkheid een commercieel belang heeft om het sinterklaasfeest racistisch te noemen, omdat ze betrokken is bij een miljardenclaim tegen onder meer Nederland i.v.m. het slavernijverleden.
En ik heb moeite met mensen die overal racisme in zien, maar geen enkele interesse hebben om zich verder in de materie te verdiepen.
Verder mag iedereen op basis van de geschiedenis van Zwarte Piet een eigen conclusie trekken.
Wel wil ik je nog iets meegeven ter overdenking: wist je dat er meer Afrikanen zijn geweest met blanke slaven dan blanken met Afrikaanse slaven?
LikeLike
plus dat mevrouw Shepherd ten tijde van haar anti-pieten discussie zich beter had kunnen bekommeren om een homo die in haar thuisland Jamaica werd vermoord omdat dat daar niet wordt geaccepteerd. Ik denk dat ik met de meerderheid de hele zwarte piet discussie beu ben. De één weet het beter dan de ander. Alles opgezweept door (sociale) media. De kleine groep die er tegen is, is veelal niet hier geboren of als kind opgegroeid. Hoe kun je dan in godsnaam verwachten dat Nederland anno 2016 met zoveel culturele diversiteit, mensen zich hechten aan oude Nederlandse tradities. Goed verhaal van Bert maar het blijft behalve feiten ook interpretatie. De discussie tussen myconius en Bert slaat nergens op, alleen maar je gelijk halen. Ik ben pro zwarte piet maar geloof dat het karakter wel iets kan worden aangepast. Maar door de hype en druk in de media zal dit niet op een normale wijze gebeuren. Nu zie je supermarkten angstig zwarte piet niet meer afbeelden en doen scholen in sommige plaatsen (vooral steden) op basis ook al veranderingen invoeren. Allerlei gekleurde pieten noem ik echt een afbreuk op dit kinderfeest. Als laatste weet ik niet welke kant Bert op wil met te zeggen dat er meer afrikanen zijn geweest met blanke slaven dan andersom. Het kan best kloppen maar doet er niet toe. Racisme heeft geen kleur of specifieke oorsprong. De geschiedenis is niet altijd eerlijk verteld, vaak verdraaid of verdoezeld. Onder het bewind van Koning Leopold zijn er in Kongo misschien wel 20 miljoen mensen vermoord. Al worden deze aantallen elke keer anders benoemd. Mijn punt is dat veel wat we lezen niet correct is en iedereen at graag zijn mening wil geven en als feit wil benoemen. Na mijn uitgesproken mening wil ik het hier bij laten. Elk jaar komt de zwarte pieten discussie weer voorbij, we kunnen onze tijd beter gebruiken en druk maken over werkelijk belangrijke zaken.
LikeGeliked door 1 persoon
Met mijn opmerking dat er meer Afrikanen zijn geweest met blanke slaven dan andersom wilde ik juist benadrukken dat racisme geen kleur heeft.
Zowel racisme als slavernij wordt vrijwel overal gepresenteerd als iets dat blanken doen bij Afrikanen, maar dat is onzin.
Alle volken hebben zich schuldig gemaakt aan slavendrijven en alle volken zijn ook slachtoffer geweest van slavernij.
LikeGeliked door 1 persoon
“Wie GOED is krijgt lekkers,
Wie STOUT is de roe.”
Mooi geschreven artikel, jammer dat er zoveel mensen door al dat roet de misleiding niet meer zien en verblind dwalend in onwetendheid.
LikeLike
Wat ik erg opvallend vind is dat er bij alle artikelen op de website geen enkele reactie staat, maar bij het artikel van zwarte piet wel!
De reden is mijn inziens dat men ten koste van alles zwarte piet als een slaaf willen zien en het gebruik willen symboliseren met de slavernij. Gezien sommige reacties.
En de bekrompen domheid vind ik erg verontrustend want wat de heer van zantwijk terecht opmerkt is dat zwarte piet als figuur niets met negers en slavernij te maken heeft wat betreft de oorsprong.
Wel is het zo dat om van de figuur Zwarte piet een vriendelijk figuur te maken er wat veranderingen zijn aangebracht die misschien best eens langzaam kunnen veranderen, de roe is al verdwenen.
(heb trouwens nog nooit een slaaf met een roe gezien maar dat terzijde)
En misschien dat de oorbellen en het kroeshaar ook wel een make-over mogen hebben. Omdat er nou eenmaal mensen zullen zijn die dat associëren met een negroïde persoon.
Alleen juist de zwarte kleur daar moet men niet aankomen want dat is juist het kenmerk van de historische zwarte piet!
En al dat gezeur over blackface, heb in mijn studietijd een scriptie geschreven over afro Amerikanen en daar zat een hele passage over blackface in, nou geloof me blackface is totaal iets anders heeft echt helemaal niets met zwarte piet te maken!
LikeLike
Oele, het oelegat, schoorstenen, roet en Zwarte Piet en de maan die je ziet of niet.
Zwarte Piet – een mengelmoes van voorchristelijke en christelijke symbolen/personages.
Een eenduidige oorsprong zul je nooit kunnen aanwijzen omdat iedere generatie zijn eigen denkbeelden zal inbrengen in oude tradities die daardoor vaak onherkenbaar zullen veranderen en slechts met moeite teruggevoerd kunnen worden naar de meest oorspronkelijke ontstaansgeschiedenis van mythische figuren en symbolen die ondanks hun ongekende/onbekende afkomst een stempel blijven drukken en hun rol blijven spelen in onze hedendaagse cultuur en cultuurbeleving.
Cultuur en Tradities zijn veranderlijk, maar de oorsprong blijft.
Veranderingen in tradities zijn vaak het gevolg van de geldende mores en wat ik gemakshalve maar ‘de_ Geest_ van_de_Tijd’ zal noemen.
Die tijdsgeest zal nieuwe elementen toevoegen, andere duiding en verklaringen geven en niet te onderschatten tradities (blijvend/tijdelijk) veranderen middels de aanpassing danwel complete uitbanning van op zeker moment onbegrepen, ongewenste, heidense/apocriefe danwel onzedelijk geachte elementen aan de geldende mores en tijdsgeest en de toevoeging van compleet nieuwe elementen danwel het versmelten van elementen uit oorspronkelijk gescheiden culturen/tradities tot iets nieuws. Daarbij zal altijd iets van de oorsprong van die traditie(s) behouden blijven, maar of men ze nog kent of eenvoudig kan herkennen is een andere zaak.
Naast veranderingen die het gevolg zijn van de natuurlijke loop va de geschiedenis en de daarmee gepaard gaande veranderingen in de cultuur en cultuurbeleving, spelen ook invloeden van buitenaf een ral. Nieuwe religies, modes groepen immigranten en (zeker in het huidig tijdsgewricht) de invloed van commercie hebben onmiskenbaar gevolgen voor hoe bestaande tradities zich vormen en schikken naar de beleving.
Dan ligt het voor de hand dat met name zij die vanuit een andere culturele beleving komend zich trachten in te leven in ter plekke bestaande tradities deze tradities niet alleen niet (kunnen) begrijpen of aanvoelen, maar dat zij deze tradities soms ook als vreemd of zelfs aanstootgevend zullen ervaren, zeker als bepaalde elementen van zo’n traditie vanuit hun eigen culturele achtergrond bezien lijken te passen in een geheel andere verklaring dan ‘autochtonen’ aanvoelen. En dan kunnen er licht problemen ontstaan, zeker als de door nieuwkomers onbegrepen of zelfs gewraakte traditie door ‘autochtonen’ nauwelijks nog valt uit te leggen omdat zij weliswaar zijn opgegroeid in de traditie en haar als vanzelfsprekend zijn gaan beschouwen maar zijn zelf niet of nauwelijks nog bekend zijn met de oorsprong, zin en betekenis van de traditie en hoe deze zich in loop van de geschiedins heeft gevormd en hervormd.
De (huidige) Zwarte-Piet-discussie…
Wie het bovenstaande heeft gelezen en begrijpt zal beseffen dat veel van de emoties in de huidige Zwarte-Piet discussie zijn terug te voeren op de botsing van culturen, waarbij relatieve nieuwkomers de traditie niet aanvoelen laat staan begrijpen en de autochtonen niet of in onvoldoende mate in staat zijn hun culturele wortels te duiden en uit te leggen aan de nieuwkomers.
Die nieuwkomers brengen bovendien hun eigen geschiedenis mee waarbij de uiterlijke kenmerken van de huidige Zwarte Piet hen confronteren met iets wat zij eer en meer zijn gaan ervaren als een stereotiepe weergaven van zwarte (neger-)slaven, waarmee Zwarte Piet voor hen een onbedoeld sterk kwetsend racistisch element vertegenwoordigt terwijl (mijns inziens) dat onterecht is.
Je zou hoogstens kunnen/moeten stellen dat de huidige verschijningsvorm van Zwarte Piet is vermenselijkt en dus is ontdaan van een aantal heidense/mythische/duivelse kenmerken met het behoud van zijn zwarte/donkere/duistere verschijning als mens nog het meest weg heeft van mensen met een donkere huidskleur met negroïde achtergrond. Maar daarmee is zijn verschijningsvorm niet per definitie racistisch geworden, wel kan die verschijningsvorm door zowel voor- als tegen-standers misbruikt worden door er bewust een racistisch sausje aan toe te willen voegen omdaarmee de opponenten zand in de ogen te strooien danwel doelbewust in een kwaad daglicht te stellen en/of te krenken.
Terug naar de oorsprong van ‘onze’ Zwarte Piet…
In een bekend Sinterklaaslied Zwarte Piet bezongen als zijnde ‘zwart_als_roet’ dus niet ‘roetzwart’ of ‘zwart_van_roet’.
Het lied verteld ons niet waarom Zwarte Piet zwart en dus ook niet dat dat zou komen omdat heij zwart beroet zou zijn geraakt door het door schoorstenen kruipen. Maar de tekst van dit lied wordt door zowel voor als tegenstanders van het zwart zijn van Zwarte Piet met verve aangehaald om hun punt te maken
Onterecht…,
maar dat Zwarte Piet vooral zwart is en moet blijven staat voor mij als een paal boven water, iets wat ik minder voor de hand vind liggen dan de rest van zijn naam, want waarom Zwarte Piet ‘Piet’ heet en niet Hans, Jan of Oele ligt een stuk minder voor de hand.
Hopelijk kan ik echter met deze tekst een kleine bijdrage kan leveren aan meer begrip…
waarom Zwarte Piet zwart was, is en moet blijven…
zwart als de nacht, zwart als roet dus…
en dus niet zwart van’t/door roet
Zwart als roet…? en waarom ‘Piet’ en niet meer Oele…
Als roet al iets te maken zou hebben met de verschijningsvorm van de roet-zwarte danwel pik- of pek-zwarte Piet dan is de verklaring daarvoor ook (deels) terug te voeren op de verwantschap tussen Goet-Hyelicksman Sint-Nicolaas, en de ook over het goede huwelijk (Hyelick) wakende Wodan (en zoon Oele) die net als Sint in deze donkere dagen op zijn (achtbenige) superpaard langs de hemel trok (Sint doet het iets bescheidener door met zijn viervoeter slechts langs de daken te gaan).
De zoon van Wodan (Oele) begeleide hem en keek in het duister van de door het oelegat (rookgat =>schoorsteen) naar de offerandes (de peen en stro in de schoentjes)….,
het stro/korenschoof (gedorst?) was een bede om vruchtbaarheid van huis en haar (huwelijk en oogst) de graankorrel/pepernoten die de goede gevers er voor terug legden een voorteken van voorspoed en goede wil van de Wodan en Oele (de goden) / Sint-Herr-Klaas en Piet.
In ouder Nederlands (en in het Vlaams deels nog) staat Piet/Pietje voor de (nachtelijke) dood => Magere Hein(Petrus?)
Verder is Peter, Pieter, Piet, Pier en Peer verwand aan het franse Pierre en Pêr
=> Zwarte Piet is in het Waals/Frans Pêr Fouettaard => Peer/Piet (met) de roe/zweep/gesel
inmiddels is Pêr (=Peer/Piet) verbasterd tot Père (Vader/Eerwaarde)
Sinterklaas en zijn voorchristelijke wortels…
Veel van onze Sinterklaas-tradities zijn een verwevenheid van zowel de (vroeg-)christelijke St-Nicolaes tradities en vergelijkbare tradities van voor-Christelijke/Germaanse oorspong (waarbij aannemelijk is dat een deel van de samenvallende tradities weer een gezamenlijke nog oudere oorsprong hebben).
Bij St-Nicolaes gebeurt vrijwel alles in drieën (drie-eenheid van God)…
…dus als Nicolaes in de legende van de drie onbemiddelde vrijsters/maagden (vader was te arm voor het ophoesten van een bruidschat en kon zij dochters derhalve dus niet ‘bemiddelen’) alsnog voor de (3) dochters een bruidschat verzorgt dan doet hij dat anoniem en in die keer.
De eerste keer werp hij ’s nachts een buidel goud/geld door de open deur. Daar is vader niet van gediend, zijn dochters zijn eerzaam, straks denken de mensen nog dat ze van lichte zeden zijn, hoeren zelfs.
De deur wordt voortaan uit voorzorg op slot gedaan.
De tweede nacht werpt Nicolaes zijn tweede buidel door het open venster. De Vader is niet minder verontwaardigd dan de eerste keer en je snapt dat ook het venster in het vervolg (’s nacht) goed gsloten blijft.
De derde keer werp Nicolaes de buidel door het ookgat/schoorsteen (hoe komt Nicolaes daar, is hij boven op het dak geklommen?); Nu is de vader ervan overtuigd dat God in het spel is, drie buidels, en de derde kwam als het ware uit de hemel gevallen, daarin moet de hand van God worden gezien.
Deze legende past niet enkel naadloos in onze Sinterklaastraditie…,
waarbij Sint geschenken brengt via de schoorsteen na op de deur en ramen te hebben gebonsd…;
maar het sluit ook naadloos aan bij de tradities van Wodan en Oele…
die in deze tijd langs de huizen (deuren, vensters en oelegat) gingen om de de vruchtbaarheid van land (oogst) en huwelijk (kindertal) te begusntigen aan hen die hen gunstig stemden met gaven (stro voor het paard en peentjes) en als teken van zegen graantjes uit het al gedorste stro lieten vallen (pepernoten, geldstukken etc.) .
’t is maar één voorbeeld…,
maar ook de andere Sinterklaas-legendes over scholieren, soldaten, handelaars, dieven en zeelieden kennen een voor-christelijke pendant.
Zelfs ons (speculaas) vrijers en vrijsters passen zowel in de Christelijke als de voorchristelijk tradities. het zijn kortom diepgewortelde gebruiken waarvan vrijwel niemand meer precies kan achterhalen waar en hoe ze zijn ontstaan.
En dat geldt vor zowel de Sint zelf als zijn (doorgaans) zwarte begeleiders.
Sinterkaas als verchristelijkste personificatie van Wodan ≠ Odin…
Dat Sinterklaas en Zwarte Piet iets te maken zouden hebben met oude Germaanse tradities is redelijk aannemelijk.
Wie op Internet rondneust op o.a. diverse Wikipedia-lemma’s komt daarbij niet veel verder dan de link tussen Sinterklaas en diens Pieten en Wodan/Odin met diens volgers. Daarbij is relatief veel te vinden over de Noordse Odin-verering waarbij Odin (≈Wodan) onder andere begeleid werd door twee zwarte Raven (Huginn en Muninn), de link tussen Zwarte-Piet en deze raven wordt dan ook vaak maar deels zeker ten onrechte gelegd.
Onze Zwarte Piet heeft minder te maken met de Noordse traditie (dwz. de Scandinavische Wikinger-traditie) als wel met Ingvaeoonse/Istvaeoonse Mythologie (dwz. de West-Germaanse mythologie van ‘onze’ Friezen, Franken en Saksers).
De Scandinavische Odin-verering wijkt wat dat betreft toch weer wat af van ‘onze’ West-Germaanse Wodan-verering.
De verering van Oele is typisch Fries/Saksisch en West-Frankisch, en laat dat nu precies het gebied zijn waarin Piet met de roe al in de (vroege) middeleeuwen als (onzichtbare) gezel van de Sint is gaan optreden waar figuren als Krampus, Ruprecht etc, juist meer een Zuidelijker Alpine (Keltische) oorsprong hebben.
Zwarte Piet en zijn verwante trawanten
Nog wat achtergrond over onze Zwarte Piet (Oele) en andere Pieten en ‘Piet-achtigen’
Waar komen Sint en Zwarte Piet vandaan…,
wie zijn ze…,
heten ze overal hetzelfde…,
doen ze overal hetzelfde…,
waarin wijkt de traditie in Nederland (de Fries/Frankische Noordzeekust van Noord-Frankrijk tot Denemarken)?
Wie iets van ‘onze’ Zwarte Piet wil begrijpen moet eigenlijk eerst op zoek gaan waar deze mythische figuur vandaan komt.
De historie van zowel de Sint als zijn Zwart-Piet gaan verder terug dan de historie van de de Heilige Nicolaes van Myra; in belangrijke mate is de traditie van zowel Sint als Zwarte-Piet voorchristelijk.
Onze Zwarte-Piet mag dan oppervlakkig lijken op het verschijnsel van de Amerikaanse/USA Black-Faces te maken…; Feitelijk hebben beide verschijnselen weinig meer gemeen dan de kleur van de grimage van de vertolkers.
Wel kun je stellen dat de huidige verschijningsvorm van Zwarte-Piet een 19de-eeuws stempel draagt waarbij getracht is zowel de Boeman een menselijker gezicht te geven en daarmee gelijk twee vliegen in één klap te slaan door een emancipatoir verantwoord verhaal te kunnen brengen dat blanken niet verheven zijn boven ’negers’. Schenkmans goede bedoelingen werken nu averechts (mogelijk ook omdat we sinds de jaren ’70 minder zwarte en meer bruine Pieten hebben); Schenkman was vermoedelijk ook betrokken bij de eerste vertalingen van Heinrich Hoffmans Struwelpeter (Piet de Smeerpoets). Hierin komt Sinterklaas ook voor o.a. in deze vertelling: 2.4 Die Geschichte von den schwarzen Buben, waaraan we de diverse liedjes over Moriaan/Moriaantje te danken hebben.
Al met al is de huidige verwarring best te begrijpen:
Onbegrijpelijk is echter dat zowel voor als tegenstanders van de huidige Zwarte-Piet niet of nauwelijks de moeite nemen de traditie te begrijpen.
De tegenstanders grijpen (onterecht) naar ‘ons’ slavernijverleden…,
veel voorstanders voelen aan dat dat niet klopt maar worden in het publiek debat niet of nauwelijks gevoed door enige cultuur-historisch houtsnijdende kennis over de oorsprong van de traditie.
Op zich is dat nog enigszins begrijpelijk ook; zeker de Germaanse-tradities staan sinds WO-II in een kwade reuk; Lees voor de grap Het Bureau van Voskuil maar eens dan snap je dat dat het ook nu nog lastig is de Sinterklaas en Zwarte-Piet traditie te duiden zonder dat er gelijk allerhande Nazi-gekkies mee aan de haal gaan of dreigen te gaan.,/i>
Arnold-Jan Scheer
In dat verband is de ruim 30-jarige zoektocht van Arnold-Jan Scheer heel interessant;
Arnold-Jan Scheer is een journalist en documentairemaker die bij de wat oudere Nederlanders m.n. bekend zou kunnen/moeten zijn door het destijds zeer populaire NCRV-programma’s ‘Showroom’ en ‘Paradijvogels’.
Maar naast zijn bekendere werk is hij de afgelopen (ruim 30) jaren de hele Wereld overgereisd op zoek naar de oorsprong van Sinterklaas en Zwarte-Piet.
Na jarenlange tegenwerking (volgens Scheer m.n. ook vanuit de omroepwereld, deze documentaire ligt daar blijkbaar zeer gevoelig en uitzending is onmogelijk gebleken) is onlangs zijn lange tv-documentaire/film (Wild Geraas) uitgebracht op DVD.
Daarnaast heeft Scheer inmiddels ook een aantal zeer leesbare boeken geschreven over zijn zoektochten naar Sinterklazen, Sunderkloazen, Sunderums, Zwarte-Kloazen, Zwarte-Piet, Ruprecht, Krampus, en aanverwanten:
http://www.arnoldjanscheer.nl, http://zwartgemaakt.nl, http://www.wildgeraasdefilm.nl, Zwarte Sinterklazen…
Ook als je je verder niet zelf hebt verdiept in onderzoek in en naar allerhande oude geschreven bronnen…;
De conclusie die je na het lezen en zien van het werk van Scheer gerust kunt trekken is dat overal ter wereld vergelijkbare tradities zijn, met name rond de donkere dagen voor en na de jaarwisseling in de Indo-Europese tradities.
Onze ‘eigen’ Sinterklaas-traditie is typisch Germaans van oorsprong maar zelfs tussen de verschillen ‘Germaans/Keltische’ tradities zitten flinke verschillen tussen onze streken NoordFrankrijk, de Nederlanden inclusief grote delen van het huidige Noordwest-Duitsland) aan de ene kant en de (licht/zwaar) afwijkende Sinterklaas-gebruiken in de Hoog-Duitse gebieden (inclusief de niet Duits-sprekende Alpen-gebieden), Scandinavië en Engeland; Maar overal speelt naast de Sint een zwarte/donkere duistere figuur (één van) de hoofdrol(len) met daarnaast nog een flink gevolg van andere duistere/mythische figuren.
een vriendelijke groet,
Simon Koorn
LikeLike
Nog een kleine aanvulling/omissie op het bovenstaande is de mantel van Wodan/Sinterklaas/Zwarte-Piet, de roede en de datum
Sint en Piet zin naar believen onzichtbaar
Volgens de overlevering bezat Wodan een mantel waarmijhij zich onzichtbaar kon maken…,
Oele (zijn zoon helper, ‘maangod) had ofwel de beschikking over zo’n zelfde mantel of leende deze naar behoefte van Wodan zodat ook hij zich in het nachtelijk duister aan het (nieuwsgierig) oog kon onttrekken.
Oele was dus niet enkel zo zwart/donker als de nacht maar hij kon zich ook tonen, of althand zijn gezicht (de maan) die het ene moment wel en het andere moment niet scheen, het ene moment z’n hele gezicht liet schijnen en het andere moment geheel of gedeeltelijk schuil te gaan achter de mantel en dus Oele geheel onzichtbaar Maar niet minder aanwezig maakte.
Oele keek door het oelegat, waaronder het haardvuur brande. De Mensen konden Oele soms door het Oelegat zien kijken maar met Nieuwe-Maan was Oel volledig aa het gezicht onttrokken.
Vergelijk dat met Zwarte Piet… ,
we zien hem (met mantel) aan de zijde van de Sint, maar wie heeft ooit ’s nachts Zwarte Piet gezien…,
op het dak, bij de schoorsteen, het raam de deur?
Niemand toch!
Zwarte Piet is zwart als roet, als de nacht, enalshij zijn ogen sluit en zijn mantel (of die van de Sint) dicht om zich heen slaat…
volledig onzichtbaar.
En die roe(de)…,
die zien we ook in andere Sinterklaas tradities terug (zoals in Hongarije).
De roede is er niet om te straffen maar om te louteren, het is een oeroud vruchtbaarheidssymbool, gemaakt van jonge (vruchtbare) takjes waaruit na de winter weer nieuw leven zal ontspruiten).
Voor het straffen droeg, waren de kettingen/ketens, de zak den de Staf bliksemschicht die Sint en zijn helpers met zich meedroegen/meesleepten.
op welke dtum is het Sinterklaas/ St-maarten…
Dan het verschil in data tussen oude en nieuwe Sinterklaas.
Deels is dat ook terug te voeren op het verschil in kalenderdagen dat ontstond bij de diverse data waarop diverse landen en provincies overgingen van de oude (Juliaanse) kalender naar de nieuwe Gregoriaanse kalender (en soms ook weer terug gingen).
SCHRIKKELDAGEN
Juliaanse kalender vs Gregoriaanse Kalender
Voor die kalenderovergang was de met name de datum van kerstmis allesbepalend.
Waar bij de ‘introductie’ van het Christendom in de Romeinse cultuur en later de gekerstende delen (noordelijkere) Europa de Christelijke festdagen 1-op-1 gekoppeld werden aan m.n. Romeinse feestdagen (die vaak eenzelfde oorsprong en zonnestand/dag hadden als die van de noordelijker Keltische en Germaanse stammen).
De geboorte van Christus werd zo gekoppeld aan de (winterse) zonnewende die de Romeinen vierden als Sol op 25 December (die begon bij het vallen van de avond na de vorige dag. Het besef dat een etmaal niet hetzelfde is als een dag is iets wat we ons tegenwoordig met de kloktijd nog nauwelijks realiseren; vroeger was dat anders, de dag eindigde met het vallen van de avond en de nacht was dus het begin van het nieuwe etmaal van nacht en dag). Daarbij moeten we ons realiseren dat aan het begin van onze jaartelling de Romeinen zelf liepen als een paar dagen uit de pas bij de viering van Sol op de vaste datum van 24 op 25 december.
Doordat de Christelijke Kerst niet meer rechtstreeks werd gekoppeld aan de datum van de zonnewende maar aan een vast kalenderdatum waarop het feest van Sol werd gevierd zou uiteindelijk Kerst steeds meer uit de pas gaan lopen met de datum van de werkelijk datum van de zonnewende. De Romeins/Juliaanse kalender kende immers elke vier jaren een schrikkeldag waardoor de kalender langzaam op zou schuiven omdat daardoor het gemiddelde kalenderjaar eigenlijk net iets langer duurde dan het eigenlijke zonnejaar.
Uitgaande van de zonnewende in het jaar 1 (het jaar nul heeft nooit bestaan omdat de nul nog niet bestond/bekend was in de Romeins-Christelijke wereld) als de datum voor Sol/Kerst liep in de zestiende eeuw de zonnewende steeds verder vooruit op de datum van kerst.
Even snel rekenend elke eeuw een dag minus elke viereeuwen een dag minder; dus de jaren 100, 200, 300, 500, 600, 700, 900, 1000, 1100, 1300, 1400, 1500 waren een dag te lang geweest, in totaal 12 dagen kort voor en bij aanvang van de zeventiende eeuw. Kerst viel destijds op dezelfde zonnedatum als nu Driekoningen (6 januari) ofwel Oude Kerst.
Maar met de invoering van de Gregoriaanse Kalender werden niet 12 maar 10 dagen overgeslagen en dus niet werd gecorrigeerd met het begin van de Christelijke jaartelling maar met de invoering in de 4de eeuw van het Christendom in het Romeinse rijk; Een religieus ‘slimmigheidje’ waardoor Kerst niet meer bijna exact samenviel met de zonnewende en dus in de inmiddels volledig gekerstende wereld zich ontworstelde aan de heidense datum van een heidens feest.
Maar niet overal werd de nieuw (Rooms-Katholiek) kalender gelijk in 1582 ingevoerd , en zeker niet in het anti-paapse jonge Republiek. Een stad als Groningen heeft daardoor de dubieuze eer meer dan één keer van kalender te zijn veranderd op het moment dat men Staatse naar Spaanse zijde wisselde en weer terug.
Maar zo’n kalenderverandering schopt ook de volkskalender danig overhoop.
Feesten die traditioneel waren gekoppeld aan zonnestanden liepen daardoor andermaal de kans van plek op de kalender te moeten wisselen.
Dus een feest dat traditioneel een x aantal dagen plaats had na de langste dag maar bij kerstening van zo’n feest werd gekoppeld aan een kalenderdag zou langzaam uit de pas gaan lopen en blijven lopen na de kalendercorrectie.
Ervan uitgaande dat het Sinterklaasfeest inderdaad Germaanse wortels had en traditioneel werd gevierd op een x-aantal dagen na de langste dag, moet je niet vreemd opkijken dat een dag die in de achtste of negende eeuw op 5_op_6_december viel, dat diezelfde zonnedatum in 1582 op 12 december viel (vanwege het teveel aan schrikkeldata in de Juliaanse kalender).
Die data voor Alde/Olde Sun(de)klaos komt dus waarschijnlijk heel netjes overeen met de datum waarop 6 december viel ten tijde van de kerstening van het Germaanse Oele-feest in onze streken.
LikeGeliked door 1 persoon
Beste Simon,
Ik ben bekend met de overeenkomsten tussen Wodan en Sint Nicolaas en met de mogelijke verwantschap tussen hen.
Ook de film Wild Geraas heb ik gezien.
Voor dit artikel is dat echter niet van belang.
Dat is slechts bedoeld als reactie op de discussie over de kleur van Zwarte Piet en daarbij heb ik de late middeleeuwen als startpunt gekozen.
Er zullen zonder enige twijfel nog artikelen gaan volgen over de herkomst van het Sinterklaasfeest of over heidense elementen in onze jaarfeesten en dan zullen deze punten mogelijk wel aan bod komen.
groet,
Bert van Zantwijk
LikeGeliked door 1 persoon
Beste Bert,
ik wilde met mijn reactie niets afdoen aan jouw stuk…,
maar er wel juist aan toevoegen dat de zwarte kleur van Zwarte Piet niet zozeer van Middeleeuwse oorsprong is en daarmee paste in het toen ook hier te lande geldende geloof en bijgeloof…,
maar dat dat geloof en bijgeloof nog veel diepere en oudere wortels had en heeft die (bewust of onbewust, ik denk zelfs doelbewust) zijn overgenomen, opgenomen, gekerstend en geïncorporeerd in de Christelijke riten.
En dat is met het oog op je artikel wel degelijk van belang…,
dat het zwart zijn van ‘Zwarte-Piet’ de katholieke kerk verduiveld goed uitkwam is daarmee ook goed te verklaren…,
immers een deel van dat oude volksgeloof kreeg daardoor een passender plek in het gekerstende feest. Zeker ook omdat St-Nicolaes volgens de ‘christelijke’ legendes de duivel op de hielen had gezeten en hem had getemd. Reden te meer om aan te nemen dat de Goed-Hylicksman ook in staat was al die andere boze geesten en boemannen, al dan niet geketend, in toom te kunnen houden.
Voor een goed begrip van het zwart zijn van onze Zwarte Piet is zijn de (gekerstende) middeleeuwen geen goed startpunt, maar wel een uitstekende pleisterplaats in de reis naar het donker van de nacht en de macht van het zwart.
een vriendelijke groet,
Simon Koorn
LikeLike
http://menterwolde-diepe-wateren.blogspot.nl/2015/10/een-lied-over-het-waarom-je-zwarte-piet.html
LikeLike
Beste Bert,
Ik wil je attenderen op een nieuwe en aannemelijke theorie over hoe zwarte piet ontstaan is uit de duivels: Hij is gecombineerd met de aankomst van piraten die in 1623 in Veere ten tijde van het sinterklaasfeest aan land kwamen. Lees hier meer over op http://www.duivelsenpiraten.nl
met vriendelijke groet,
Michiel de Jong
LikeLike
Beste Michiel,
Ik had de berichten hierover uiteraard al meegekregen via kranten en internet. Inmiddels heb ik het volledige document gelezen, maar je bent er helaas niet in geslaagd om me te overtuigen.
De beschrijving van het leven van de piraat Jan Jansz van Haarlem lijkt zorgvuldig te zijn samengesteld. In de beschrijving van de ontwikkeling van het sinterklaasfeest sla je de plank echter een paar keer mis door verouderde, inmiddels achterhaalde, zaken te presenteren als feiten.
Wat daarna volgt is vooral selectieve waarheidsvinding. Je bent niet op zoek naar de waarheid, maar slechts naar argumenten die jouw stelling kunnen onderbouwen. De argumenten die je daarbij aanvoert om te bewijzen dat de huidige Zwarte Piet is voortgekomen uit de piraten, overstijgen bovendien niet het niveau van ´ik zie een witte man met zwarte knechten, dus gaat het over racisme´. Veel van jouw argumenten zijn vrij simpel te weerleggen.
Jammer, want na de pretentieuze presentatie in de pers had ik me meer voorgesteld van jouw onderzoek.
LikeGeliked door 1 persoon
Dit is een mooi kinder feest laten we het zo houden, zwarte Piet is zwart door de schoorsteen verder niet, mensen doen allemaal zo moeilijk!
En door dat mensen zo stom doen zet het juist tot denken bij de kinderen!
Ik geniet elk jaar van het feest, dit is Nederland ons feest anders ga je maar elders wonen doei
LikeGeliked door 1 persoon
Misschien is het toch wel handig om eerst het artikel te lezen en dan pas te reageren.
LikeLike
Waarom neemt een kudde negers aanstoot aan zwarte piet?
Waarom vinden zij het beledigend dat wat zwart (niet bruin!) geschminkte, infantiele kinderlokkers samen met een ‘heilige’ uit de gristenfantasie elk jaar op een boot hierheen komen?
Om dat te begrijpen moet je het zoekende negertje begrijpen dat de beroepsneger wordt.
De beroepsneger is niet de neger die lekker meedoet, geniet van zijn vrijheid maar ook zijn plichten nakomt en geen slachtofferschap maakt van zijn overmatige pigmentatie. Nee, de beroepsneger is de falende neger die liefst op een podium rapt over zijn falende negerleven, met veel goud omhangen en zelfs goud in den bek, zodat als de falende neger moet vluchten – iets dat veelvuldig deel uitmaakt van het leven van de falende neger – hij zijn gehele kapitaal direct bij zich heeft.
Deze falende neger is altijd zoekende. Dat begon op jonge leeftijd toen het negertje zijn echte vader begon te zoeken die maar nooit thuis kwam, maar wel veel onechte ‘vaders’ zag die langskwamen en de eeuwig falende negermammahoer geld gaven voor immer lamlendig geleverde seksdiensten. De falende zoektocht van het negertje uitte zich in toenemende mate in typische negeragressie waarop de niet-negeromgeving zich meer en meer van de permanente boze neger distantieerde zodat de chronisch zwartkijkende neger zich gediscrimineerd achtte om zijn pigment want alle tegenslag is blanke racisme. En zo ontstond de beroepsneger die zich voelt als een ontsnapte slaaf, altijd boos en agressief is en zich gedraagt als een nigger. Neger zijn is zijn identiteit geworden, de volledige invulling van zijn bestaan. Hij is de beroepsneger, de eeuwige neger, de eeuwige slaaf, de oernigger.
Ongerichte boosheid dus, gepaard gaande met willekeurige bewegingen en kreten, waarop een blanke op het idee kwam een muziekje op te zetten waardoor de andere beroepsnegers automatisch begonnen te zingen en dansen en zo een uitlaatklep vonden voor hun eeuwig falende negerbestaan. Die uitlaatklep werd de droom en het ultieme doel van elke beroepsneger.
Totdat de beroepsnegers een zware hoorn hoorde van een grote stoomboot met daarop een soort oude koning met om zich heen niet falende boze bruinen, maar blije goed functionerende zwarten, ook gek gekleed en met bling-bling, die ook zongen en dansten, maar dan van geluk en blijdschap. Alle kindertjes hielden van hen, zelfs de vele buitenechtelijke negerkindertjes van de beroepsnegers. Om dit af te reageren sloeg de eeuwige neger zijn vele buitenechtelijke negervrouwenhoeren en zijn vele negerbastaard kindertjes zodat de volgende generatie slaven was gegarandeerd.
Deze concurrentie van die Klaas pikte de beroepsnegers niet en met gepaste boosheid en agressie gingen deze eeuwige negers met bussen – bestuurd door blanke mannen want bussen besturen vereist kennis en kunde – op weg naar deze boot met blije mensen die kindertjes gelukkig maken, welke dit keer aan zou komen in Friesland.
Gelukkig was er een ferme stoere Friezin die deze horde van verwilderde ontsnapte slaven tot staan liet brengen bij de grens. Deze mislukking proberende te ontlopen ging de horde boze beroepsnegers al zingende en met veel fysieke gebaren op weg naar een andere plek met een stoomboot, maar ook deze poging tot het verstoren van intens kindergeluk door eeuwige beroepsnegerboosheid werd op tijd tot staan gebracht, waarna de bussen de seriefalende boze beroepsnegers weer terug reed naar de zelfgecreëerde negerreservaten waar hun boosheid en geweld niet opvalt, cultureel wordt gewaardeerd en heel normaal wordt bevonden.
Zo kwam er deze keer een goed einde aan de eeuwig destructieve faalcyclus van de eeuwig boze beroepsneger die de ultieme slaaf is geworden. Slaaf van zijn eeuwige falen, eeuwige slaaf van zijn zelfverzonnen racisme.
LikeLike
Hoewel ik snap wat je bedoelt met een ´beroepsneger´ en er ook een kern van waarheid zit in jouw betoog, is de toonzetting van jouw bericht ronduit racistisch. Daar neem ik dan ook afstand van.
De gaande discussie over het uiterlijk van Zwarte Piet dient niet gevoerd te worden door racismeschreeuwers, maar ook niet door racistische schreeuwers.
LikeGeliked door 1 persoon
De enig juiste reactie👍!
LikeLike
Het stuk is satirisch bedoeld en pakt daar aan waar onterecht het slachtofferschap wordt aangenomen: ras(isme). Aangezien ‘zij’ de deur van ras(isme) hebben geopend, schrijf ik daarover en mag ik ze daarop ook aanschrijven. Op een satirisch, belachelijk makende, manier. Beetje hard ook, maar dat is ook zo bedoeld want zachte heelmeesters maken stinkende wonden. Bovendien is het meest kwetsende dat het dicht op de waarheid zit, nl het door een foute opvoeding een chronisch gebrek aan eigenwaarde die een uitweg zoekt in het narcistisch beschuldigen van onschuldigen door te parasiteren op een verleden waar geen der partijen zelf deel aan heeft genomen. Dat is net zoiets als een kampverleden simuleren om geld te krijgen en anderen als fout te bestempelen. Zeer, zeer, abject en net zo fout als de slavendrijvers destijds.
En nee, ik ben zelf geen racist. Bovendien bestaat ras niet (echt) en is de construct ook nog eens oninteressant.
LikeLike
Prima. Als satirische beschrijving legt het in elk geval de vinger op de zere plek, maar dan had je beter in een inleiding kunnen vermelden dat het satirisch bedoeld was.
Als ik ergens niet op zit te wachten, is het dat voor- en tegenstanders van Zwarte Piet elkaar op deze site gaan uitmaken voor rotte vis, en dergelijke reacties zijn voorspelbaar als niet duidelijk is dat jouw beschrijvingen satirisch bedoeld waren.
LikeGeliked door 1 persoon
Ik dacht dat de satire door de ‘over the top’ gebruikte termen wel duidelijk was, zeker icm het onderscheid tussen zwart en bruin 🙂
LikeLike
Die discussie had er nooit moeten komen
LikeLike
Ben ik met je eens. Het is te gek voor woorden dat wij ons moeten verdedigen tegen nergens op gebaseerde beschuldigingen van racisme, terwijl juist de mensen die de beschuldigende vinger wijzen degenen zijn die in huidskleuren denken.
LikeGeliked door 1 persoon
Black people need to get over themselves being black and always wimping about being black and having been slaves. Whites have suffered way more. Just a few years ago,there happened two world wars during which millions of whites died. The Jews were enslaved by the Egyptions,by the Babylonions,by whoever else. If you go look at Asian history – it is the same! The Romans enslaved most of Europe and Middle-East,so there again ,White Europe suffered tremendously and so did the Arab-world. Everybody has suffered and Blacks need to grow some backbone and take the punishment, they have not suffered more than the Whites, Asians, Arabs or anyone else for that matter.
LikeGeliked door 2 people
Mooi artikel!
Ik kan het helaas niet fact checken maar als dit inderdaad de oorsprong van het huidige Sinterklaasfeest is laat het maar weer eens zien hoe vaak het feest van gedaante is veranderd over de eeuwen.
Wij leven nu eenmaal in een tijd waarin we (vrij vaak) overdreven politiek correct zijn. Tegelijkertijd zie ik zelf ook dat er in het uiterlijk van de huidige Piet veel gelijkenissen zijn met de karakteristieke karikatuur van de slaven van ons coloniale verleden. En als bovenstaand artikel iets laat zien is het wel dat Sinterklaas wel mee moet met de tijd anders raken we dit fantastische feest nog echt kwijt.
Dit opent voor mij nog meer de deur naar wijzigingen in het uiterlijk.
Persoonlijk vind ik roetvegen vanuit het publieke debat een prima oplossing echter geeft dit gewoon echt problemen met het herkennen van familie op straat.
Wel lijkt het me verstandig om zwarte Piet aan te passen naar een figuur waar niemand meer een slaaf ziet. Wellicht toch meer terug naar de roots
LikeLike
maar hoe vaak de figuur die we nu als Zwarte Piet kennen ook is veranderd…
de enige echt constante is zijn pikzwarte uiterlijk (en dat is dus geen normaal menselijke huidskleur en kan dus ook lastig verwijzen naar een negroïde of anderszins natuurlijke donkerder huidskleur).
LikeLike
Alhoewel ik je gelijk geef dat de discussie er nooit had moeten komen is dat hoe zwarte piet er uit ziet en gedraagt internationaal wel een probleem: The physical characteristics portrayed in Zwarte Piet are the standard western stereotypes of Black peoples as expressed through imagery and performance.
bron: https://www.humanityinaction.org/knowledgebase/255-black-pete-analyzing-a-racialized-dutch-tradition-through-the-history-of-western-creations-of-stereotypes-of-black-peoples
LikeLike
Ik geloof niet dat Humanity in Action een erg betrouwbare bron is om naar te verwijzen, Thijs. Die zijn net zo objectief als pak-em-beet KOZP.
LikeGeliked door 1 persoon
Er is al tijden ophef over de figuur Zwarte Piet. De Zwarte kindervriend ligt onder vuur en dreigt steeds meer te verdwijnen. Op dit soort momenten verlangen we weer een beetje naar die goede oude tijd.
En wie kan die nostalgie nou beter ten gehore brengen dan Wim Sonneveld met een nieuwe versie van ‘Het Dorp’.
Tekst en montage: Niels Groffen
Imitatie Wim Sonneveld: Sam de Man
Songtekst:
Thuis heb ik nog een ansichtkaart
waarop een Piet, een Sint te paard
Een kinderfeest dat ik nog ken.
Een roe, een jute zak, een zwarte Piet
het zegt u hoogstwaarschijnlijk niets,
’t is waar ik opgegroeid mee ben.
Dit feest, ik weet nog hoe het was,
met de surprises in de klas,
En op TV de intocht kijken.
met Bram en Erik op de boot
Toen men nog van het feest genoot
Dat was voor men begon te zeiken.
En langs de kade bij het water
zag ik de zwarte pieten staan.
Ik was een kind en wist niet beter,
dan dat het nooit voorbij zou gaan.
Sylvana schreeuwt wat bij elkaar
met elke keer weer ander haar
en joelt wat mee met Piet-kritiek
Ik weet wel, ’t is haar goeie recht,
Das deze tijd, net wat u zegt,
maar het maakt me wel een beetje ziek
Ik heb van Oorschot nog gekend
en die Piet Römer wat een vent
Ik zie ook Aart nog staan te springen
Een tijd waarin het mooier was
De Walle gewoon Kees Flodder was
Ik koester die herinneringen.
En langs de kade bij het water
zag ik de zwarte pieten staan.
Ik was een kind en wist niet beter,
dan dat het nooit voorbij zou gaan.
En dit jaar was het dan zover.
Voor RTL en NTR
De Zwarte vriend werken ze weg
Want Zwarte Piet dat is verkeerd
Zijn knecht is gemoderniseerd
en nu zijn ze op de foute weg.
Want ziet hoe wit of Piet nu is.
Daar gaat 3 eeuw’n geschiedenis.
Die NTR daar staat te lozen.
Gekleurd is niet om aan te zien.
Het zijn net clowns en bovendien
hebben wij hier niet voor gekozen.
En langs de kade bij het water
zag ik de zwarte pieten staan.
Ik was een kind en wist niet beter,
dan dat het nooit voorbij zou gaan.
Piet is niet van de politiek
Maar van het Nederlands publiek
En Piet die hoort gewoon bij Sint.
Vier Sinterklaas vanuit je hart
Of dat nu blank is, grijs of zwart
Met alle aandacht voor het kind.
Boycot het Sinterklaas journaal
Kijk met de kind’ren eens lokaal
En laat je daar eens door verblijden.
Vier samen feest en haal alvast
Een sintklassieker uit de kast
En beleef die oude tijden.
En langs de kade bij het water
zie ‘k voor en tegenstanders staan.
laten we toch voor alle kind’ren
Respectvol met elkaar omgaan.
LikeLike
Een hele goede en interessante uitleg over de oorsprong van zwarte Piet en Sinterklaas.
Ik geloofde heilig in Sinterklaas want als kinderen stonden we te zingen voor de open haard.
Plotseling kwam uit de open haard met een harde knal, pepernoten die ons gezicht raakten.
En die waren bedekt met roet, dus wij naar buiten om te kijken of we iemand op het dak zagen.
Later heeft ons vader verteld dat hij achter ons stond met pepernoten en die keihard op de achterkant van de open haard gooide. Wij zagen dat niet, alleen toen ze terug kaatsten.
Wat ik niet begrijp over Surinamers of Antilianen is het gezeur over zwarte Piet. Dit feest wordt uitbundig gevierd in Paramaribo, op Curaçao, Aruba en Bonaire. Als je nog echt wil genieten van dit feest dan moet je naar deze 4 plaatsen gaan. De donkere mensen schminken zich extra zwart zodat ze onherkenbaar zijn.
LikeLike
Dat is helaas inmiddels achterhaald. Op Curaçao, Aruba en Bonaire worden met ingang van 2020 geen Zwarte Pieten meer gebruikt.
LikeLike